De engel van het toilet
‘Zouden ze
hier ook een toilet hebben?’
‘Tuurlijk wel, zo’n grote zaak, wat dacht je? Klanten lopen hier soms wel een
paar uur te dolen.’ Niet veel later is ze waar ze wezen moet. Ik zoek ondertussen verder naar een
blits nieuw loopjack. Juist als ik voor een spiegel sta komt ze terug. Mijn
keus wordt goedgekeurd en een weinig later rijden we tevreden terug. Het is
mijn verjaardagscadeautje. Nou ja, ook weer niet. Het eigenlijke cadeau zit
naast me. Ik zou zelf een nieuw jack uitkiezen en zij zou me vergezellen. Naar
Decatlon nog wel, de kerk van de hedendaagse sportreligie. Een ongedacht cadeau:
zij, mijn echtgenote, naar een sportwinkel, en dan nog wel naar deze, want
Decatlon is toch wel de grootste der grootsten in deze branche!
Halverwege de terugrit roept ze verschrikt: ik mis mijn trouwring! U raadt het wel:, angstig zoeken voor en
naast de zitting, alle zakken navoelen,
tasje leegschudden, toenemende onrust en kalmerende woorden mijnerzijds.
Thuis wordt de zoektocht voortgezet: het raam boven het aanrecht, de vouwen van
de bank, het nachtkastje. Nergens een ring.
Ik besluit terug te rijden naar Decatlon. Daar spoed ik me rechtstreeks het
damestoilet. Aan de verraste blikken van enkele wachtende dames heb ik even geen
boodschap. Een oudere man van de beveiliging doet even later mijn onderzoek nog eens dunnetjes over en
noteert naam en telefoon.
Weer thuis blijkt mijn vrouw nog steeds
niet van de schrik bekomen. ‘Ik heb die ring 49 jaren aan mijn vinger gehad
en nu zomaar weg, dat kan toch niet? Ze is echt een beetje van de wap.
Dan gaat de telefoon. Het zal toch niet? Maar het zal wel degelijk: ‘Decatlon,
beveiliging: meneer we hebben de ring gevonden!’ Het is dezelfde oudere meneer
van de beveiliging. Hij had nog eens rond gespied op het damestoilet, tot zelfs
in het hete lucht apparaat waarboven mensen na gedane arbeid hun handen plegen
te drogen. En jawel, zijn geoefend speurdersoog had daarin de ring aangetroffen
die ik 49 jaren geleden plechtig om de
vinger van mijn vrouw had geschoven! Ik weet nog dat ik riep: ‘Meneer u bent
een engel, ik kom onmiddellijk!’
Tien dagen
later vind ik twee brieven van het centraal
incassobureau Justitie in de brievenbus. Wat blijkt: die ochtend op mijn rit
naar ‘de engel van het toilet’ (mijn derde tocht naar Decatlon) heb ik zeven
kilometer te hard gereden én een rood stoplicht aangezien voor nog net oranje. Samen goed voor de somma van 332 euro ….!