maandag 27 november 2017


Kleine mannetjes

Ik heb een tijdje last van mijn knie gehad. Niet zo ernstig hoor, maar als ik een eindje ging hardlopen had ik er de volgende dagen last van.  De fysiotherapeut heeft er een mooie naam aan gegeven retropatellaire chondopathie, en ik heb me op zijn advies bij een heuse podoloog een paar specifieke antipronatiezolen laten aanmeten. Ik heb ze inmiddels ook in mijn gewone schoenen. Dat voelt wel goed. Maar bij inspanning bleef ik toch last houden. Daarom besloot ik een paar weken helemaal niet hard te lopen. Dat gaf de tijd om op zaterdagochtend terwijl mijn loopmaatjes door de bossen holden uitgebreid de krant te lezen. En ik moet zeggen dan lees je nog eens wat (al gingen mijn gedachten toch steevast naar het bos en de hei). Ik las bijv. een leuk stukje over kleine mannetjes. Er zijn er nogal wat: Poetin, Berlusconi, Hollande en ook Sarkozy: allemaal aan de kleine maat. Dat soort kereltjes  zoekt blijkbaar compensatie in macht. En als ze aan de macht zijn blijven ze streven naar omhoog. Sarkozy bijv. ging stiekem op zijn tenen staan toen hij op de foto zou met voormalig president Obama. Ja, het schijnt echt gebeurd te zijn. Berlusconi pakte het beter aan, die ging bij groepsportretten gewoon op een voetenbankje staan! Ze schijnen ook geneigd te zijn om als ze de kans krijgen wetten te veranderen zodat ze langer aan de macht kunnen blijven. Poetin is daar handig in. Psychologen noemen dit ‘het Napoleonsyndroom’, zo las ik. Meneer Napoleon schijnt ook erg aan de kleine maat geweest te zijn.
Kleine mannetjes, ik ga er eens op letten, dacht ik. Dat deed ik dus toen ik onlangs een foto van een anti-zwarte pieten comité onder ogen kreeg. En wat denkt u? Inderdaad, aan de korte maat! Daar zijn we dus lang nog niet van af…! Nu ik dit tik bedenk ik dat ik in onze loopgroep ook eens letten moet op de lengte van sommigen die zo graag hun loopmaatjes het snot voor de ogen draven.  Het zou me niets verbazen als…
Ik las ook over de Hema. Die wil haar winkelformule meer bij de tijd brengen door de onderbroekjes voor kinderen genderneutraal te maken. De aanduiding meisjes of jongens wordt geschrapt! Hoe correct kun je zijn in je taalgebruik! De conducteurs van de NS moeten na 1 januari het ‘dames en heren’ vervangen door ‘beste reizigers’. En ik las dat we nadrukkelijker naar ons witte lichaam moeten kijken want we beseffen veel te weinig dat we wit zijn, en dat dat heel veel complicaties heeft. Dit en nog veel meer las ik in de weekendbijlagen van ‘misschien wel de beste krant van Nederland’. Waar zouden dan de andere kranten hun bijlagen vol mee schrijven, zo vraag ik me af.

Hoe dan ook, ik dank God op mijn blote knieën dat Hij/Zij (invullen naar believen) mij groot heeft geschapen. Ik zal geen poging doen om wetten te veranderen om langer mee te kunnen doen. Ik ga gewoon weer hardlopen. Ook effectief, toch?

maandag 13 november 2017

#Metoo


Geruime tijd geleden hadden we een afspraak gemaakt. Ik had er vaak aan gedacht en nu was het zo ver. Ik toog naar de afgesproken plaats, een beetje gespannen voor wat komen zou.

Ik stond even om me heen te kijken  - zoals iedereen in zo’n situatie, naar ik denk – toen ze aan kwam lopen. Ze stak haar hand uit en noemde vragend mijn naam. ‘Ja dat ben ik,’ zei ik. Kom maar met me mee, zei ze. Een frisse verschijning van rond de dertig, gekleed in voornamelijk wit. Ze draaide zich kordaat om en liep voor me uit. Eenmaal in haar kamer liet ze er geen gras over groeien. Ze was nieuwsgierig naar mijn geboortedatum. Moet dat nou, dacht ik nog, we hadden toch afgesproken, waarom dan dit gedoe? En toen maakte ze me zonder blikken of blozen duidelijk dat ik mijn broek maar uit moest doen. Nu kun je er in deze tijd van #Metoo natuurlijk op wachten dat het jou ook een keer zal overkomen, maar dit vond ik toch wel een beetje erg recht door zee.
Maar wie A zegt, - ik had immers zelf de afspraak gemaakt - moet ook B zeggen en dus begon ik ietwat onzeker met mijn handen aan mijn riem en aan mijn knopen te frutselen. Ze zei verder niets en ging zitten. Toen ik mijn broek uit had wees ze naar een lege stoel, daar kon ik hem wel opleggen. Zonder broek keek ik wat onzeker naar mijn sokken, ze zag het en zei: hou die maar rustig aan, ga maar zitten.
En terwijl ik daar zat in mijn onderbroek kwamen er nog een dame en een man. Allervriendelijkst moet ik zeggen, maar toch, ik had gerekend op een één op één ontmoeting, en nu zat ik hier in mijn onderbroek tegenover drie paar belangstellende ogen. Ze vroegen me of ik wilde gaan staan en zeiden tegen elkaar dat het er eigenlijk best goed uitzag.  Dat was niet nieuw voor me. Nog vorige week had ik gehoord dat ik er voor mijn leeftijd goed uitzag, maar toen hoefde ik daar niet mijn broek voor uit te doen.
Het gebeuren zelf verliep prima, op het eind wilden ze nog een fotosessie. Daarvoor werd ik naar een andere kamer genodigd, waar twee andere dames me opwachtten. Ook zij vroegen me uit de broek te gaan. Een van de twee boetseerde me in de juiste stand, ging vervolgens samen met de ander staan kijken achter glas, en ze drukte af. Drie foto’s in drie verschillende standen. Toen mocht ik mijn  broek weer aan en teruggaan naar de eerste locatie waar we de foto’s zouden gaan bekijken.
Ik was zo benieuw en opgewonden, dat ik zelfs moeite had de plek terug te vinden. Maar het duurde niet lang of we stonden met ons drieën naar de foto’s te kijken.
Met een tevreden gevoel en een hele ervaring rijker verliet ik wat later het pand. Ze hadden verzekerd dat er niets ergs aan de hand was. Mijn knieschijf heeft een beetje veel speling, dat kan soms lastig zijn, maar: blijf vooral fietsen en lopen, was hun advies. Oké, zei ik, zal ik doen!

En op weg naar de auto dacht ik: tel je zegeningen!

dinsdag 7 november 2017


Kheptsodruk

We schrijven augustus 2017. Het is gezellig druk en de zon schijnt uitbundig. Op zo’n dag valt er van alles te beleven. Daarvan hieronder een kleine impressie.
Ik besluit eerst maar eens op het bankje voor ons blauwe boerderijtje te gaan zitten. Als ik er een paar minuten zit passeert er een moeder met een kind van naar ik schat vier / vijf jaar oud. De moeder oogt opvallend jong. Ze pakt het kind bij de hand en zegt naar het boerderijtje wijzend: ‘kijk daar, die kleine raampjes, kom, lekker gluren!’ Terwijl ze voor me langs huppelt, het kind aan een arm meetronend, kan ik niet anders dan haar toch wat verwonderd nastaren. Opvoeding anno 2017 denk ik: kom, lekker gluren!
Als ik verder loop nadert even over de tramrails een familie, drie generaties, druk gesticulerend en pratend in een voor mij onbegrijpelijke taal. Chinees? Japans? Koreaans? Een gewoon gesprek, boos, discussie of gezellig? Ik heb geen idee. De talen van het andere halfrond zijn voor mij één onbegrijpelijke brij, maar zij op hun beurt zullen het verschil niet horen tussen Zweeds, Duits of Nederlands, denk ik.
Op de ophaalbrug wordt zoals gewoonlijk druk gefotografeerd. Ik merk op dat zeker drie vaders de focus richten op het trekpontje in de verte. Voor mij is het De Zaan, in gedachten zie ik hier tientallen molens, grote zeilschepen en veel bedrijvigheid op het water. Voor hen is het waarschijnlijk een Anton Pieck plaatje: twee molens langs het water met een trekpontje op de achtergrond.   
Bij de wagenloods met de sjees van de koopman zegt een moeder tegen de kinderen: ‘kijk een arrenslee,’ terwijl de wielen van de sjees toch bepaald niet aan het zicht onttrokken zijn!  Wellicht heeft ze hier bij een vroeger bezoek wel eens een slee gezien anders kan ik het niet verklaren. Hoe dan ook, ik vind het een mooi staaltje van hoe een mens geprogrammeerd kan zijn. Wel vaker bekruipt mij de neiging om in het voorbijgaan niet al te luid maar wel goed verstaanbaar te mompelen: goed kijken, er staat niet wat je ziet!
Op het Zaanse plein kom ik zoals meestal op een zonnige middag ogen te kort. De jeugd loopt, rent, roept en huilt door elkaar. Een vader helpt een jong kind dat een vliegende hollander heeft veroverd. ‘Je voeten zijn te kort,’ hoor ik hem zeggen. Hoe zo: voeten? Het zijn niet de voeten, het zijn de beentjes waar het aan schort, denk ik, terwijl ik nu op mijn beurt lekker zit te gluren. Het is als altijd weer verbazingwekkend hoe behendig basisschoolleerlingen manoeuvreren op de oud hollandse fietsen.
Maar het mooiste volgt even later als ik wat schaduw heb gezocht aan de ronde picknicktafel onder de bomen. Daar hoor ik in mijn eigen moedertaal
-Goa’j morgenoamd nog noa de buurvisiete?
-Kweetnie, kheptsodruk, joh dèwujnieweetn!
-Nou, wiezultwèzie
En toen werd het stil