Als ge fluimen hebt moogt ge niet spuwen
We hebben veel moeite onze weg te vinden via het summiere
plattegrondje op een bij de ingang verstrekte folder. Gelukkig is er, een
eveneens wat povere, bewegwijzering. Daarop zien we plots ‘acteurs’ aangegeven. Nieuwsgierig slaan wij een weg in richting
enkele gebouwen. Bij aankomst staat een heuse non de schoolbel te luiden. Wij
naar binnen, het klaslokaal is met zo’n
twintig ouders en kinderen al vol, maar we worden met nog een handvol bezoekers
langs de wanden geperst.
Hoe beginnen we de
les? vraagt de zuster. Jawel, dan
gaan we naast onze bank staan en dan steken we allemaal de rechterhand omhoog.
Alleen haar blik al was voldoende om dit als een niet te negeren bevel te
verstaan. Na een kort gebed begint de les. Ze gebiedt ons allen te luisteren
met de armen over elkaar gekruist en een jonge moeder krijgt het gebod morgen
niet opnieuw in broek te verschijnen. Meisjes en vrouwen dragen een rok!
Ze onderhoudt ons over twee ernstige zaken: ge hebt zeker wel gehoord dat gisteren den Duitser
ons land is binnengevallen? Op dit moment verdedigen onze jongens en mannen ons
vaderland. (Het is de week waarin in heel Europa het uitbreken van de
eerste wereldoorlog wordt herdacht) Ook
de jongens uit ons dorp vechten nu dapper op de citadel van Luik! Ze kijkt
ernstig rond en vraagt ons veel voor ze te bidden, ook meneer pastoor heeft dat
gevraagd.
En nog iets ernstigs: den
Hendrick is ziek, hebt ge wel gehoord? Den dokter (spreek uit: doktoor) zegt t’is heel ernstig! Haar gezicht
vertelt het ergste. De klas is doodstil. Hij
heeft teering! Dan zegt ze: als we hoesten houden we de hand voor onzen
mond, dat is heel belangrijk zegt den dokter (spreek uit: doktoor). En (kijkend naar ons volwassenen) als ge fluimen hebt moogt ge niet spuwen!!
Absoluut niet spuwen en we moeten vaak onze wassen, dat is heel belangrijk zegt
den dokter (spreek uit: doktoor), ook
meneer pastoor zal dat straks nog zeggen in zijn preek. O zo, we krijgen
dus nog meer, begrijpen we.
Later herhaalt de gendarmist
als een soort dorpsomroeper op de treden van de kerk nogmaals dat den Duitser het land is binnengevallen
en dat op de citadel van Luik wordt gevochten. Hij vertelt dat vanavond na 6
uur ieder binnen moet blijven en dat hij zeer streng zal toezien op naleving
van dit gebod. Ook hij vertelt van den Hendrick
die aan tubberrrcull tubrrrrr aan teering
lijdt en dat het spuwen van fluimen uit den boze is.
Onder de indruk van de staaltjes voorlichting in hygiƫne
anno 1914 verlaten we openluchtmuseum Bokrijk. Bij het passeren van de
toegangspoort dwalen mijn gedachten als vanzelf van de fluimen van 100 jaar
geleden naar de duurbetaalde sporthelden van tegenwoordig op het voetbalveld.
Ik zeg tegen Marian: eigenlijk zou dat
verbod om te spuwen ook voor hen moeten gelden, toch?
Ze is het roerend met me eens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten