zaterdag 16 januari 2016


Brrr natte sneeuw

Het regent een beetje. Het wordt een natte loop vandaag. Als ik de deur uitloop zie ik net Ingrid de hoek om fietsen. Halverwege de Rozendaalse Laan stopt een auto: Ton Fransen biedt me een lift aan. Nee, dank je ik vind het heerlijk om vijf minuutjes in te lopen. Altijd, elke zaterdag is er wel een loopmaatje die stopt om me een lift aan te bieden, en altijd bedank ik. Gek, dat lopers denken dat je het erg vindt om te lopen zelfs als je voor de lol gaat lopen. In de verte zie ik Els voor me lopen. Benieuwd hoe het met haar blessure is.
Er staat een grote groep vandaag, Blijkbaar is er dus nergens een trail. Als voorzitter Bert me ziet tovert hij meteen een waardebon voor mij tevoorschijn. Kijk dat noem ik nou een hartelijk onthaal! Bas probeert nog even: waarom jij wel en ik niet, maar dat is een flauwe. Later vanmorgen zal bij hem de lust om grapjes te maken langzaam maar zeker doven. Daarvan heeft hij nu echter nog geen flauw vermoeden.
Ruim te laat, want vijf over negen, besluiten we te starten. Cees kiest vanmorgen de Velpse kant van de parkeerplaats. Meteen de eerste meters in het bos is het al raak. Blubber, sporen van brede banden, diepe voren met water, we glibberen het bos in. En dat blijft zo want het Gelders Landschap heeft besloten de Koningsberg om te ploegen tot een wandelpark zoals dat eeuwen geleden blijkbaar is geweest. Tja, als je medewerkers in dienst neemt om subsidies aan te trekken dan is dit het gevolg… Onvoorstelbaar wat voor een ravage er in één week tijd al is aangericht, en hoeveel blubber dat oplevert!
Als we de sportvelden bereiken heeft de helft van ons al natte voeten. Ik hoop dat Cees rechtsaf gaat, maar nee hij besluit linksaf omhoog het bos weer in te gaan. Ojé, vorige week was het al zo’n kliederboel, het zal na de regen van deze week nog erger zijn, denk ik. Maar ja, als stadsmens denkt Cees zelfs bij regendagen niet aan het bos. Ik wel en mijn gelijk wordt snel bevestigd. Glibberend en glijdend klunen we naar boven. Boven bij de verharde weg blijkt er al een gapend gat met de achterhoede. Ik heb nu al medelijden met Els, wetend van haar hamstringblessure. Maar Cees kiest het pad achter de Emmapiramide naar het noorden. Dit is begaanbaar maar ik weet wat er straks gaat volgen:  iron man Cees kiest straks – zeker weten -  niet het asfalt naar links of rechts. Precies zoals ik dacht gaan we rechtdoor omhoog het zandpad naar de Zijpenberg op. Arme Els, nu wordt het menens! Normaal is het pad berucht vanwege de stijgingen door het rulle zand. Maar nu is het één lang, glad blubberig pad waarover we hink-stap-springend naar boven klimmen. Halverwege staat er plompverloren een auto. Hoe die daar komt en vooral weer wegkomt is mij een raadsel. Ik kijk achterom en zie dat Ronald wacht op Els die verder beneden in haar gele jack aan komt klimmen. Mooi, dan kan ik dus verder klunen. Els is in veilig gezelschap want mocht er iets gebeuren dan weet ik dat  Ronalds polsapparaat alles opslaat: stops, afstanden, coördinaten, hartslagen enz.  Ik kluun dus verder. Zo’n tweehonderd meter onder de top kan ik het asfalt  kiezen. Ik  aarzel ik geen seconde vermoedend dat Sjoukje en Nancy  dit voorbeeld zullen volgen, maar nee hoor als echte mannen klunen ze verder over het pad. Op de top staat de voorhoede te wachten tot de hele ploeg weer bijeen is.
Dan kiezen we een afdaling, zo mogelijk nog gevaarlijker want de holle wegen nodigen uit tot zijwaartse glijpartijen .Onze Harry heeft dan bedacht dat er nog wel een ommetje mogelijk is. Uiteraard een helling en dan via een afdaling over verborgen boomwortels toch richting de vijver van Beekhuizen. Dan begint het te  sneeuwen.  Het doet me deugt dat Harry noch de iron man van vanmorgen de weg langs het zwembad kiezen maar nu opteren voor de gebaande weg door Velp richting de Pinkenberg. Ik vraag Els even of ze last heeft van de blessure. Ja, ik voel hem, zegt ze, maar ik doe het zo graag, daarmee bevestigend dat ze echt bij de Bedriegertjeslopers hoort.  Want zo is ons cluppie: we lopen bij weer en geen weer, in alle seizoenen. Sterker nog: als even later de sneeuw ons ouderwets in het gezicht striemt, zeggen we: heerlijk hé !!
Op de parkeerplaats staat Wilma nog te wachten. Dat wisten we. Wat  we niet wisten is dat de snelle lopers die zichzelf de naam trailgroep  hebben  toegedacht, deze ochtend al voortijdig hebben afgehaakt.  De vraag wie de echte trailgroep vormen is nu dus in alle duidelijkheid beantwoord.
Terwijl we bij de kofferbak genieten van Wilma’s koffie zijn we er getuige van  hoe iron man Cees zich in de striemende sneeuw omkleedt. Zelfs hij heeft koude handen, het lukt niet zo goed, en uiteindelijk staat hij erbij als een buideldier  met een capuchon bungelend onder zijn kin. Vanonder paraplu’s met een beker warme koffie in onze hand  - wij wel ! - aanschouwen we het tafereel.
Nancy besluit dan enkele foto’s te maken om later haar kinderen  te kunnen laten zien dat ook zij deze dan legendarische helletocht heeft volbracht.  Maar ze staat er zelf niet op. Iron man is dan zo galant  om het toestel even over te nemen. Kom op Cees, ik sta te verkleumen, roept Wilma. Maar hoe Cees ook zwoegt, een stap naar voren, nog eens inzoomend, hij krijgt het niet voor elkaar.
We gaan naar huis. Dankbaar maak ik nu wel gebruik van de lift die Bas aanbiedt.  

P.S.:

Juist deze week besloot het bestuur van de stichting De Bedriegertjeslopers  al haar leden een reanimatiecursus aan te bieden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten