De lamme en de blinde
Ervaringsdeskundig als ik ben met vrouwen gaat mijn
belangstelling eerst uit naar hun schoeisel. Gelukkig geen hoge hakken,
blijkbaar zijn ze voorbereid op de bospaden van Museumpark Orientalis, ook wel
bekend als De Landstichting. Een van de dames gebruikt een rollator. ‘Zo mevrouw’, zeg ik tegen haar, ‘ik zie dat
u het personeel hebt meegebracht. Heel goed, want er zijn hier nogal wat
bospaden. Zou het gaan, denkt u, of moet ik een karretje voor u arrangeren?’ ‘Nee
dat hoeft niet’, zegt ze, ‘met de rollator kan ik me overal redden’. Ze klinkt
uitermate zelfverzekerd, maar ja ze kent nog niet de kinderkopjes en
ongemakkelijke trappen en drempels die verderop in het museum op haar liggen te
wachten. Ik acht het niet mijn roeping
om reeds nu een deuk in haar zelfvertrouwen te slaan en verklaar - een beetje
schijnheilig, dat zij toegegeven – dat me dit gerust stelt.
Welgemoed gaan we op stap. Als ik halverwege de lange opgang naar het binnenmuseum even stop om mijn intro te doen loopt zij geconcentreerd in stevig tempo verder. Corrrie, roept de hele groep, je moet even wachten!
Welgemoed gaan we op stap. Als ik halverwege de lange opgang naar het binnenmuseum even stop om mijn intro te doen loopt zij geconcentreerd in stevig tempo verder. Corrrie, roept de hele groep, je moet even wachten!
Enkele minuten later op weg naar het joodse dorp ontdekt ze
dat de straten in de Midden Oosten niet zijn aangelegd voor dames met een
rollator, maar vrouwmoedig worstelt ze met haar karretje voorwaarts.
Ze weet zich zelfs met rollator en al in het ‘huisje van Maria’ te wurmen tussen de
andere vrouwen.
Het is de bedoeling dat we de synagoge gaan bezoeken. Ik wijs de groep de weg via een trap omhoog en
wil met Corrie een klein omweggetje maken zonder lastige keien en trappen. Ze
wijst echter heel beslist mijn gezelschap af. ‘Kom, geef mij maar een arm’,
zegt ze tegen een mevrouw met een zonnebril, en samen gaan ze welgemoed op pad.
Ietwat bezorgd sla ik ze gade, Ik volg dan maar het vrouwengilde dat inmiddels
de trap omhoog neemt. Wat later melden zich beide vrouwen ook in de synagoge, blij
dat ze kunnen gaan zitten want de keien waren toch wel een uitdaging geweest.
Alle aandacht gaat uit naar de thora rollen
– de menorah – de gebedsriemen – het gebedskleed - de yat
- de ramshoorn en alles wat
er te zien is. Hun aandacht stimuleert mij om enthousiast uitleg te geven. Als we naderhand verder lopen instrueert
Corrie de dame met de zonnebril hoe de grootste keien te vermijden. Dan bemerk
ik dat haar metgezel blind is, ze heeft dus in de synagoge niets kunnen zien…
Ik maak mijn excuses dat ik haar de voorwerpen niet in de
hand heb gegeven, maar ze wil van geen excuses horen. Ze had het heel goed
gevolgd en zich een voorstelling kunnen vormen, zegt ze. En dan neemt Corrie
het weer over. ‘Neem mijn andere arm want hier rechts ligt een kuil’.
En zo zie ik het voor mijn ogen gebeuren: de lamme leidt de
blinde… Maar we lopen dan ook door het Bijbelse land! Een eindje verder doemen bij het veld de
herders op, ze hielden vol trouwe de wacht…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten