dinsdag 30 juli 2013



Onze Gaay 

Oma en Elsje picknicken in het stoffelijk overblijfsel van wat ooit een  machtige eik moet zijn geweest. Bij insiders staat hij bekend als de Gaaymanseik.
Ik vertel oma en Els dat dit niet zomaar een boom is, nee, deze boom, zeg ik, is ouder dan het hele openluchtmuseum bij elkaar. Maar op Els maak ik geen indruk, het lekkers van oma en de brede takken van de boom zijn veel uitdagender. Ze loopt er over met beide armen breed. En geef haar eens ongelijk.  
Met pijn in het hart bedenk ik op zo’n moment hoe jammer het is dat onze Gaaij niet kan praten. Hij heeft zó veel meegemaakt : hij stond hier al als een grote meneer lang voordat generaal Hoefer en de zijnen in het prille begin van de vorige eeuw naar Scandinavië trokken om te zien hoe je een openluchtmuseum moest opzetten. (Waar zou hij overigens die studiereis hebben gedeclareerd, vraag ik als kind van deze tijd, maar dit terzijde )
Vanuit de hoogte heeft onze eik de opening van het museum gadegeslagen, én de grote  folkloristische feesten die er toen plaatsvonden.  Hij heeft een van de eerste aanwinsten, het  los hoes uit Vasse zien fikken en de tentoonstellingsgebouwen zien bouwen (en later ook zien fikken ) op de plek waar nu de entree is. Het hele evacuatiegebeuren na de slag om Arnhem heeft hij gadegeslagen, misschien is er onder zijn lommer wel gekookt. Hij heeft van dichtbij de schoten gehoord die een  eind maakten aan het leven van verzetsman Anton Zwiers, en de bommen en granaatinslagen die her en der verwoestend uithaalden naar bijv. de boerderij uit Beltrum en de standerdmolen. De Gaaij heeft het allemaal overleefd, de hele oorlog! Hij stond fier overeind bij het bezoek van  Juliana en Margaretha II van Denemarken, en sloeg in 1987 Beatrix gade die het museum kwam feliciteren amper drie maanden na de mislukte poging van Brinkman om het te sluiten. Hij heeft het Hollandrama en het Entreegebouw zien oprijzen. Alles sloeg hij op in zijn jaarringen.  

En toen .., toen nam de grote septemberstorm van 1990 hem plotseling te grazen.
 
En daar ligt hij nu, aan de voet van Kraantje Lek, een van de sprengen op de Waterberg. Het tekstboekje van de Groene route acht het niet onmogelijk dat hij is geplant ten tijde van Arnold Gaaymans, 200 jaar geleden de eigenaar van het landgoed De Waterberg. Maar onze wetenschappers blijven studeren, het interne Dagblad wist vorig jaar te melden dat hij waarschijnlijk toch wel wat jonger is. De Gaaij werd ge-de-monumentaliseerd… Niets is heilig in deze tijd, zelfs niet onze Gaaymanseik!
Misschien is er nog hoop. Er is wel meer ge-de-monumentaliseerd. De boerderij uit Zeijen bijvoorbeeld bleek  schromelijk onderschat, en ook delen van het los hoes Harreveld bleken veel, wel 200 jaar ouder dan gedacht.
Oma, met wie ik dit alles deel, suggereert de Duitse dendrologen die dit recentelijk openbaarden ook maar eens los te laten op het hout van onze Gaaij. ‘Maar dan moeten ze wel  opschieten, zegt ze, anders is het te laat.’

Ondertussen jongleert Elsje vrolijk verder over de brede stukken van het skelet. Oma ziet er geen gevaar in, misschien is ook zij wel wat ouder dan gedacht. 

1 opmerking:

  1. Beste Gerard Beltman

    Ik wil reageren op jou stukje over de gaaymanseik. Ik bereid namelijk een artikel voor over A.A. Gay(ij)mans in het Arnhems Historisch Tijdschrift en wil mijn verhaal openen met de gaaymanseik.
    ( http://www.weekbladbuiten.net/OZfoto2Dasplist.asp)
    Uit het verhaal wordt mij niet duidelijk of de eik nog bestaat cq of er nog veel van over is. Bovendien wordt er getwijfeld over de leeftijd van de boom. Kunt u mij daar meer gegevens over leveren cq mij doorverwijzen naar de juiste specialist bij het openluchtmuseum.
    Bij voorbaat dank
    Peter Wouters

    BeantwoordenVerwijderen