Decibellen
Het
is de eerste dag van de Vierdaagse. Ik heb er zin in, ik ga voor goud dit jaar.
Wel tien keer ben ik te voet naar het museum geweest, dat alleen al maakt 100 km ! En driemaal heb ik
ook nog een lange duurwandeling van een dagdeel gemaakt . Ik wil maar zeggen:
ik heb me voorbereid.
En dat is te merken, want
waar het de eerste dag tussen Elst en Oosterhout altijd lastig wordt, gaat het
nu als vanzelf. Alleen mijn gehoor wordt bij elke boerderij en elk kruispunt op
de proef gesteld. Het lijkt of het tijdens de Vierdaagse niet hard genoeg kan,
hoe meer decibels hoe leuker blijkbaar, voor de toeschouwers wel te verstaan.
Onbegrijpelijk dat mensen uren en uren in hun stoel kunnen zitten pal voor of
naast een batterij zware bassen producerende boxen. Eenmaal telde ik er zelfs
vijf boven elkaar! Nu eens staan ze in de berm, dan in een bankstel in de tuin
en menigmaal hangen ze in een hoogwerker
boven de weg! , Arm kind, denk ik menigmaal als ik een kinderwagen of een buggy
in deze context ontwaar, dat is toch kindermishandeling?
Maar goed, ik loop frank en
fier door het Betuwse land, trachtend iets van mijn eigen achtergrondstilte te
bewaren. Dat schijnt te kunnen, las ik onlangs, waar je ook bent. Dus ook in de
drukte van de Vierdaagse, kwestie van oefenen!
In Oosterhout staat de deur
van de protestantse kerk uitnodigend open. Ha, even een banaan, denk ik. Maar nauwelijks heb ik me neergezet of ik
krijg iemand op mijn nek: ‘U zoekt even
een stiltemoment, meneer?’ Het duurt een minuutje voor de man begrijpt dat ik inderdaad rust wil
en geen gesprek. Als ik even later
enkele foto’s op twee panelen voor in het kerkje denk te bekijken, meldt hij
zich ogenblikkelijk en begint ongevraagd
uitleg te geven. Wegwezen, denk ik.
Als ik het kerkje verlaat
hoor ik alweer: u zoekt ook even een stiltemoment? Hij heeft dus al een nieuw
slachtoffer.
Op de dijk naar Nijmegen is het prettig druk zonder
die vermaledijde decibels. Ik noteer om
me heen Wandelgroep Middelburg, De
Eendracht Assen en vierdaagsekanjer Marjolein
wandelt voor de tumorenstichting.
Vóór me lopen twee dames vermomd als lieveheersbeestjes en een oma roept plots: we zijn er bijna!! Het mag
allemaal, ieder gunt ieder alle vrijheid,
de meute is heel rustig, professoren en schoonmakers, alles door elkaar. Wat
dat betreft zou het een dwarsdoorsnede van onze museumbezoekers kunnen zijn (de
rolstoelers even niet meegerekend). Het
verschil is dat onze bezoekers geen vlaggetjes op hun rugzak binden.
Als plots een man voor me
loopt is er nog iets dat me aan het museum herinnert. Hij heeft wel 40
verschillende muntjes van supermarktkarretjes op zijn rugzak gespeld!! Met open
mond en grote ogen loop ik even achter hem. Het is alsof ik mezelf hoor op
station Dingenliefde waar het museum een
aantal particuliere verzamelingen heeft bijeengebracht: ‘je kunt het zo gek niet bedenken of er zijn Nederlanders die het
sparen!’ Echt waar, nu weet ik het
zeker!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten